We wandelen naar de The Little Beershop. De winkel mogen we niet in, maar bij het raam kunnen we via een babyfoon aan de verkoper doorgeven welke biertjes we willen.
Buiten op een krukje staat de pinautomaat. De kabeltjes zijn via de brievenbus met de kassa binnen verbonden.
De klant voor ons vindt het allemaal fantastisch. Hij draait zich af en toe naar ons om en maakt opmerkingen waar we om moeten lachen.
Over Hints spelen door het etalageraam en hoe je dan al die exotische biernamen uitbeeldt. Over hoe de bierverkoper de flesjes coronaproof de winkel uit krijgt (“Door de brievenbus duwen? Door het klepraampje naar buiten gooien?”).
‘Coronahumor’ staat vast al in de Dikke Van Dale.
Met onze bierbuit lopen we door zonnige straten naar huis.
Bij elke stap klinkt vanuit de tas het geluid van botsende flesjes.
Een proostgeluid. En een troostgeluid.
Want we lopen naast elkaar, hand in hand.