“Ja leuk!” riep ik enthousiast, toen Sonja van Vuren vroeg of ik mee wilde doen aan de volgende Kom Maar Op-uitdaging, een initiatief van Agnes Swart en Tessa Wiegerinck. Iedere maand geeft een aantal zelfstandig ondernemers elkaar advies over een afgesproken onderwerp. Deze maand over het belang van focus.
Mooi, dacht ik, hoef ik het onderwerp zelf niet te bedenken
Dat scheelt.
Maar ineens was het vrijdag, de dag waarop het blog af moest. Ik had me die week zó hard op andere dingen gefocust, dat een blog over focus erbij in was geschoten.
Zo gaat het nu al maanden.
Ik ben parttime werknemer, parttime ZZP-er, parttime moeder en héél af en toe ook nog een beetje partner. In die volgorde. Ontspanning is een agenda-item; over een week of drie heb ik pas weer een gaatje.
Dat zorgt voor kortsluiting
Schreeuwen als mijn dochter stroop op haar huilende broertje smeert.
Puffen als R. vraagt of ik óók een keer de afwasmachine leeg kan ruimen.
Vloeken als ik de groene golf mis vanwege zo’n trage Mitsubishi Alto-rijder.
Janken als mijn teamleider niet begrijpt wat ik wil zeggen.
Ik voel me een klein, gefrustreerd meisje dat mee wil doen met trefbal, maar tegelijkertijd een springtouw en een emmer stoepkrijt vasthoudt. Rennen, springen én creatief zijn; ik wil teveel tegelijk. Ik moet een keuze maken. Focussen. Weten wat ik wil en helder krijgen hoe ik dat ga doen.
Maar hoe pak ik dat aan?
Misschien heb ik een businesscoach nodig, zoals Kitty Kilian. Of moet ik me opgeven voor de Expeditie Krachtige Keuzes. Kiezen is immers het moeilijkste wat er is. Ik loop er dagelijks tegenaan.
Wil ik de kont van een twintigjarige, of hecht ik teveel waarde aan die zak chips? Wil ik na de schooldag van mijn dochter klaarzitten met thee en koekjes, of luister ik liever naar de verhalen van collega’s? Wil ik een CAO en een vast inkomen, of ga ik voor vrijheid en afwisseling?
Ja ja, first world problems. Maar ik wil ze oplossen.
Snel, graag
Wat ik nodig heb is een plan van aanpak. En omdat je de beste inzichten krijgt als je de dagelijkse sleur doorbreekt, installeer ik mezelf aan een tafeltje bij het raam van de Bagels & Beans. Ik bestel een calorierijke mochaccino (eet ik wel een chipje minder) en klap vol frisse moed mijn laptop open.
Ik staar voor me uit.
Ik blader door de menukaart.
Ik bestel nog een koffie.
Ik twitter wat.
Maar ook hier, tussen keuvelende thuisblijfmoeders en caffeïnebehoeftige studenten, weg van mijn keukentafel, kids en koelkast, kijk ik weer te lang tegen die knipperende cursor aan.
Er is iets anders aan de hand.
Iets dat niks te maken heeft met inspiratie of goede ideeën of lekkere koffie:
Ik ben een schijterd
Ik wil wel kiezen, maar ik durf niet.
Bang dat ik mensen voor het hoofd stoot. Dat ze achter mijn rug zullen kletsen. Dat ik geen succes zal hebben. Of, nog enger: juist wel. En dat ik dán een fout maak en dat iedereen het ziet.
Luister nou eens naar je eigen gezwets, Eef. Dat zijn dezelfde redenen waarom je cursisten niet durven te bloggen! Pure zelf-sabotage.
Potdomme, daar gaat m’n geloofwaardigheid.
Er is maar één conclusie.
Ik moet meer gaan leven zoals ik schrijf
Dat betekent:
- kiezen voor een onderwerp dat ik leuk vind
- schrappen, even laten liggen, opnieuw bekijken, nog meer schrappen
- accepteren dat niet iedereen er een boodschap aan heeft
- accepteren dat niet iedereen het goed vindt
- beter worden door het zo vaak mogelijk te doen
- overtuigd zijn van het eindresultaat (en zo niet, dan toch)
Of, zoals Seth Godin het formuleert:
Forgive yourself for not being the richest, the thinnest, the tallest, the one with the best hair. Forgive yourself for not being the most successful, the cutest or the one with the fastest time. Forgive yourself for not winning every round.
Forgive yourself for being afraid.
But don’t let yourself off the hook, never forgive yourself for not caring or not trying.
Mijn advies is dus heel simpel: focus eerst op jezelf.
En nee, dat is niet makkelijk (ik weet er alles van). Maar wel noodzakelijk.
“It’s not who you are that holds you back, it’s who you think you’re not.”
Bron quote: all over the internet
Foto: Mark Hunter